Bij nek-, schouder- en rugklachten wordt vaak geadviseerd om zo veel mogelijk te blijven bewegen. Dat kan door in de tuin te werken, in huis te klussen of door bijvoorbeeld lopende de natuur in de trekken. Maar wat ook kan is sporten. Veel mensen doen dat in de vorm van fitness of door mee te doen aan een bootcamp klasje. Het voordeel hiervan is dat je in een korte tijd behoorlijk intensief beweegt waardoor je conditie op termijn verbeterd. Maar mensen met lichamelijke klachten hebben niet altijd baat bij sport. Wat als je alleen maar meer klachten krijgt door meer te bewegen te of sporten?
Wat veel mensen doen is dan niet meer gaan, afwachten en hopen dat het over gaat. Maar in veel gevallen is dat niet de meest effectieve oplossing. Vaak nemen de klachten zelfs nog meer toe en wordt je lichamelijke conditie nog minder omdat je nog minder gaat bewegen.
De oorzaak van nek-, schouder- en rugklachten zit vaak in de manier waarop je beweegt. Een veel voorkomend probleem is de manier waarop je je wervelkolom beweegt. Als je een natuurlijk bewegingspatroon hebt dan beweeg je met je wervelkolom zo veel mogelijk in de natuurlijke krommingen. Dat wil zeggen een lichte holling in de onderrug (lordose), lichte bolling in de bovenrug (kyfose) en in de nek weer een licht holling. Op de afbeeldingen hieronder zie je een voorbeeld van de wervelkolom in de natuurlijke krommingen met daarnaast een afbeelding van een persoon die de wervelkolom in de natuurlijke krommingen heeft. Er kan bij het staan dan een loodlijn getrokken worden door de schouder, heup en enkel.
Wervelkolom in de natuurlijke krommingen
Persoon die staat met de wervelkolom in de natuurlijke krommingen
Zodra de krommingen in je wervelkolom verstoord raken dan heeft dit gevolgen voor de manier waarop je je benen, schouders en armen beweegt. En daarmee verandert de werking van de spieren. Door deze verandering van spierfunctie kan een overmatige belasting ontstaan wat klachten kan veroorzaken.
Een voorbeeld.
Tijdens bootcamplessen wordt veelvuldig de squat beweging toegepast in verschillende oefeningen. Meestal met als doel om de been en bilspieren te versterken. Echter is het hierbij van groot belang hoe de vorm van de wervelkolom gehouden wordt. In de onderstaande afbeelding zien je twee personen die beide een squat uitvoeren. Maar kijk goed naar het verschil in de vorm van de wervelkolom. De eerste persoon heeft een natuurlijke lordose in de onderrug en nek. De onderrug-, nek- en schouderspieren hebben een functionele spanning om de vorm van de wervelkolom te handhaven. Bij de tweede foto zien je een versterkte lordose in de nek en onderrug. Dit heeft tot gevolg dat de nek en schouderspieren overmatig gespannen zijn. Dit kan klachten veroorzaken of in stand houden.
Afbeelding 1. Natuurlijke lordose met functionele spanning van de spieren
Afbeelding 2. Versterkte lordose met als gevolg overmatige gespannen spieren
Invloed van verstoring in de wervelkolom op de heupen en knieën.
Een andere oefening waarbij in essentie de zelfde beweging gemaakt wordt als tijdens de squat, namelijk buigen in de heupgewrichten en knieën, is de ‘slam bal’, hierbij wordt de bal hard tegen de grond gegooid. De onderstaande foto’s zijn gemaakt op het moment waarop de bal wordt losgelaten. Dit zijn dezelfde personen als op de eerste twee afbeeldingen. Je kunt hier zien wat het gevolg is van de verstoring van de vorm van de wervelkolom op de heupen en benen. De eerste afbeelding is de dame met de natuurlijke vorm van de wervelkolom. De heupen en knieën worden recht naar voren gebogen en de enkel en voet staan recht.
De tweede foto is de dame die bij de squat een overstrekte nek en onderrug had en te veel spanning in de lage rug- en nekspieren. Te zien is dat het bekken instabiel is en de heupen en knieën naar binnen draaien. De voetgewelven zijn doorgezakt en de enkels zakken naar binnen (met name rechts). Dit zou een negatieve invloed kunnen hebben op klachten in de heupen, knieën of enkels.
Afbeelding 3. De heupen worden recht naar voren gebogen en de voeten en enkels staan neutraal
Afbeelding 4. Heupen en knieën staan naar binnen gedraaid. De enkel zwikt naar binnen.
In de bovenstaande voorbeelden is te zien hoe de manier van bewegen invloed heeft op de lichamelijke belasting. Twee personen doen precies dezelfde oefening maar de uitvoering is anders waardoor de lichamelijk belasting verschilt. Zo kan de manier van de bewegen verklaren waarom de ene persoon klachten krijgt als hij meer gaat bewegen terwijl de ander juist opknapt.
Heb je klachten of twijfel je aan je manier van bewegen. Laat dan eens een analyse maken van je bewegingsgedrag.
Reactie plaatsen
Reacties